Mijn lieve meisje,
Vandaag is het jouw dag. De dag van het jaar waar iedereen die nog jong is zo hard naar toe leeft, de dag waarop je jarig bent. Vorig jaar vierden we nog heel hard jouw eenentwintigste verjaardag in Villa Rozerood. Je werd toen bedolven onder de pakjes en de lieve wensen en de kaarsjes op een enorme taart werden door jou enthousiast en glunderend uitgeblazen. We wisten niet dat het jouw laatste verjaardag was.
Vandaag vierden we geen verjaardag en toch was er een feest voor jou. Een feest met mensen die jou heel graag zien, een feest met taart en snoep. Een feest met heel veel kaarsjes. Vandaag was het jouw ‘voor-altijd-eenentwintig-feest’
Het samenzijn met zoveel mensen voelde vreemd en goed tegelijk. Er werd gespeeld en gelachen, gebabbeld en herinneringen opgehaald. Er werden toekomstplannen gemaakt en afspraken geregeld. Er werd geleefd zoal jij ook leefde, met volle goesting en veel genieten.
Mijn lieve schat, ik wou nog zoveel verjaardagen vieren met jou, ik had je zo graag nog eens wakker gezongen met verjaardagsliedjes. De vlagjes bleven dit jaar in doos zitten. Ach mijn meisje, je had er bij moeten zijn, maar de hoofdpersoon ontbrak. Je werd gemist, nog meer dan op andere dagen, maar je wordt ook nog steeds zo graag gezien, door mij, door vake, door je (schoon)zussen en (schoon)broers, de oma en opa, de tantes en nonkels, neefjes en nicht en je vele vele vrienden.
Mijn lieve schat, waar je ook bent, dit blijft jouw dag, een dag die we niet vergeten, een dag om in te kaderen. Dikke kus voor mijn voor-altijd-eenentwintigjarige lieve schat.