Dochterlief is ernstig ziek. Dat is al jaren zo. De zorg is dan ook loodzwaar en vraagt veel van ons hele gezin. We krijgen gelukkig heel wat ondersteuning. Elke week komt de huisarts op bezoek, de kinesist komt twee keer per week langs en ook de helpende handen van familiehulp zijn elke donderdag welkom. We kunnen op regelmatige basis terecht in Villa Rozerood en Koester en het hele team van het UZ vormen onze achtergrondwacht. Daarnaast kwam ook de thuisverpleging ondersteuning bieden op moeilijke momenten. Vorige week liet ik hen weten dat hun hulp nu niet meer nodig was. Alles liep weer vlot. Een paar uur later kreeg ik telefoon… vanuit het ziekenhuis… ze wilden mij spreken…
Ik voelde de bui al hangen. Blijkbaar waren er zorgen. Konden we alles nog wel aan? Zou de picclijn en de poort wel goed verzorgd worden? Was er niet wat meer ondersteuning en opvolging nodig? Ik voelde mij steeds slechter worden. Het hele gesprek voelde aan alsof het wederzijdse vertrouwen en de samenwerking plots niet meer genoeg was. Ik begon te twijfelen aan mijzelf. Doe ik het wel goed? Hebben ze gelijk en geef ik te weinig uit handen? Moet ik de regie overlaten aan professionals? Speel ik met het leven van onze prinses? Ik weet het even niet meer. Thuisverpleging komt er voorlopig niet, op dat vlak hield ik het been stijf.
En toch, het zaadje van de twijfel is gezaaid. Doe ik er echt slecht aan om te zeggen STOP, laat ons nog even een min of meer gewoon gezin zijn. Ik weet het echt even niet meer.